Selecteer een pagina

Aanvullende zorg

Het MMT is een aanvulling op de ambulancezorg. Het MMT werkt nauw samen met het ambulancepersoneel, de politie en brandweer. Het verschil met de ambulancezorg is dat het MMT, behalve een verpleegkundige, ook een medisch specialist heeft. De behandeling door de arts start hierdoor al voordat de patiënt in het ziekenhuis is.

Een van de meest belangrijke aanvullende behandelingen is het ter plaatse onder narcose brengen van de patiënt en het plaatsen van een beademingsbuisje (intubatie). Hierdoor wordt de luchtweg gezekerd en kan de ademhaling overgenomen worden door beademing. In het geval van ernstig hersenletsel is dit bijv. van meerwaarde omdat de hersenen gevoelig zijn voor zuurstofgebrek en de narcose middelen verdere hersenschade kunnen helpen voorkomen. Andere aanvullende behandelingen zijn het geven van specialistische medicatie, bijv. tegen hartritmestoornissen of infecties, en het behandelen van ernstig boedverlies o.a. met bloedtransfusie. Verder kan het MMT helpen bij diagnostiek, o.a. door het toepassen van echografie, en is meer expertise beschikbaar voor besluitvorming over welke behandelingen nodig en mogelijk zijn.

 

Twee manieren waarop het MMT wordt ingezet

  • Na een 112-melding bij de meldkamer (primaire inzet)
  • Als het ambulancepersoneel om hulp van het MMT vraagt (secundaire inzet)

Stel iemand belt in een noodsituatie 112. De centralist op de meldkamer stuurt hulpdiensten die kunnen helpen. De centralist kan ook het MMT inzetten aanvullend op de ambulancezorg, als er ter plaatse waarschijnlijk specialistische behandeling nodig is. Bijvoorbeeld bij een ernstig ongeval, bij belemmering van de luchtweg of iemand heeft een ernstige bloeding door een schot– of steekwond.

    Inzetcriteria MMT

    Landelijk gelden er afspraken wanneer een MMT-arts nodig is (inzetcriteria). Een meldkamercentralist beslist aan de hand van de melding en deze inzetcriteria om wel of niet een MMT in te zetten. Het MMT gaat zo snel mogelijk na een melding onderweg naar de locatie van het ongeval of incident.

    Het cancellen van het MMT

    Voor het cancellen van het MMT bestaan landelijke afspraken die een ambulance wanneer deze ter plaatse is, kan toepassen.  Dat is bijvoorbeeld als het toch niet zo ernstig blijkt te zijn als op voorhand ingeschat of de ambulance kiest ervoor om snel naar het ziekenhuis te gaan of de patiënt is al overleden. Het gaat er ten slotte om, zo snel mogelijk de juiste zorg te geven aan de patiënt. Zodra het MMT niet meer nodig blijkt te zijn voor het incident, is het weer beschikbaar voor een volgende incident.

      Het MMT is 24/7 beschikbaar

      Het MMT is 24 uur per dag en 7 dagen per week beschikbaar. In 2020 hebben de vier teams 11.760 oproepen gehad in heel Nederland (en Duitsland). Dat is gemiddeld 32 per 24 uur. Bij iets meer dan driekwart van deze oproepen (77%) gaan de MMT’s met de helikopter naar het incident. In de overige gevallen gebruiken de teams de auto. ’s Nachts zijn er minder oproepen dan overdag. Zie voor meer feiten en cijfers de factsheet 2022.

      Factsheet 2022 >>